Morbus Köhler 1 (Ziekte van Köhler 1) is een aandoening waarbij een klein botje aan de binnenkant van de voet verminderde bloedtoevoer heeft of heeft gehad. Morbus Köhler 1 komt vooral voor bij kinderen tussen de twee en vijf jaar. Zonder voldoende bloedtoevoer sterven de botweefselcellen, waardoor de botdichtheid vermindert. Morbus Köhler 1 en Morbus Köhler 2 zijn dezelfde aandoening, maar tasten een verschillend botdeel aan. Als gevolg van de ziekte kan er osteoporose ontstaan, waardoor botbreuken gemakkelijk ontstaan.
De ziekte van Köhler 1 kan roodheid, pijn en zwelling aan de binnenzijde van de voet geven. Vaak gaat het kind hinkelen omdat hij of zij de voet niet wil belasten. De pijn kan zo erg worden dat lopen bijna niet meer mogelijk is.
De oorzaak van de morbus Köhler is vaak onbekend. Een mogelijke oorzaak is het afknellen van het bloedvat. Twee tot vier jaar na de geboorte vindt een verbening plaats van het botdeel. Het aangedane botje ligt op een bijzondere plek tussen de voetwortelbeentjes, waardoor de kans aanwezig is dat het bloedvat tijdens de groei wordt afgekneld.
Door de voetboog te ondersteunen met podotherapeutische zolen kunnen de klachten verminderd worden. De podotherapeutische behandeling richt zich met name op het verminderen van pijnklachten, maar niet op het genezen van de aandoening. De gemiddelde genezing van morbus Köhler neemt ongeveer acht maanden in beslag. In sommige gevallen wordt de voet gegipst.